I hope you find / someone to lose / someday
Toegegeven, het zijn niet bepaald woorden om vrolijk van te worden, maar ze horen er ergens ook bij. Toch zeker voor Wilco.
Kort nadat we les kregen over hechtingsstijlen in de kindertijd - en hoe die de latere relaties als volwassene beïnvloeden merkte ik iets op in dit bluesy Wilco-liedje uit hun recente album Wilco Schmilco (2016). Wat dit precies is leg ik in dit artikel uit. Je kan de videoclip hieronder bekijken:
Hechtingstheorie van Ainsworth in 't kort
Volgens de theorie van Mary Ainsworth (1978) maakt men in kinderen grosso modo onderscheid tussen een viertal hechtingsstijlen.
- De eerste, veilige hechting, zou ongeveer 60% van de mensen kenmerken. Dit zijn kinderen die een goed evenwicht kennen tussen scheiding en nabijheid: ze kunnen goed alleen zijn en hun omgeving verkennen, tegelijkertijd zoeken ze ook de zorgfiguur op voor affectie en om hun negatieve gevoelens te delen.
- Dan zijn er nog drie onveilige hechtingsstijlen. Enerzijds is er angstig-vermijdende hechting, waarbij het kind zijn ouders vermijdt en veel belang hecht aan zijn autonomie. Het kind zal weinig geneigd zijn om nabijheid en emotionele steun te zoeken.
- Daartegenover is er angstig-ambivalente hechtingsstijl, waarbij het kind bijzonder veel last heeft van verlatingsangst maar zich tegelijk ook niet gerustgesteld voelt wanneer de ouder terug aanwezig is. Vaak zullen zo'n kinderen erg aanklampend zijn.
- Tenslotte zijn er ook nog gedesoriënteerd-gehechte kinderen. Hun affect is vaak totaal onvoorspelbaar en hun zelfbeeld alsook het beeld van anderen dat ze hebben, verandert constant. Meestal zijn het kinderen die met ernstige mishandeling en/of verwaarlozing te maken kregen en later hebben ze veelal last van serieuze persoonlijkheidsstoornissen.
Toepassing op 'Someone to Lose' van Wilco
Met deze theorie in het achterhoofd, vind ik dat je kan stellen dat dit lied gaat over een ik-persoon die een moeilijke liefdesrelatie heeft met een angstig-vermijdend persoon. Dit wordt duidelijk als we de tekst stukje per stukje overlopen.
Where you gonna go in your winter coat?
I wonder what you're hiding cause it's not too cold
It's already too late
Somebody's gonna get you
In de eerste strofe is het nog niet zo duidelijk, maar we zien al dat de persoon waarover de verteller het heeft iets verbergt: 'I wonder what you're hiding'. Hij snapt niet waarom de andere persoon iets verbergt. In de volgende strofe wordt het nog explicieter:
And if I hold you too tight
Someone else won't get to
Deze twee zinnen wijzen ook duidelijk aan waar het om gaat. De ik-persoon is bang dat als hij te dicht bij zijn geliefde probeert te komen ('if I hold you too tight'), die geliefde dan zal wegtrekken (vermijden). Wanneer de geliefde in kwestie later iemand anders zal leren kennen, zal de geliefde nog méér vermijdend doen door het gedrag van de ik-persoon ('Someone else won't get to').
Oh, wouldn't you know it?
I keep it rolling
Considering no one
Punching a path
Facing the blast and the moon and the math
But you still never know where your soul is attached
De ik-persoon geeft echter niet op, tegen wind en weer ('Considering no one / Punching a path'). Dit doet mij vermoeden dat de ik-persoon juist angstig-ambivalente trekjes heeft (aanklampend doet) waardoor hij de andere persoon versterkt in zijn/haar gedrag. Maar het wordt vooral duidelijk in de laatste zin: er staat letterlijk het woord 'attached', wat 'gehecht' betekent. De ik-persoon noch zijn geliefde hebben weet van hun hechtingsproblemen ('you still never know').
I'm so confused
I can't move
I can't even try
I hope you find someone to lose
Someday
In het refrein van het lied schreeuwt Jeff Tweedy (de zanger van Wilco) zijn verwarring en angst uit, gevolgd door de weinig gelukkige wens: 'I hope you find someone to lose / Someday'. Hij hoopt als het ware dat zijn angstig-vermijdende geliefde ooit het gevoel zal krijgen dat hij/zij iemand heeft die hij/zij kwijt kan geraken. Immers hebben veel angstig-ambivalente mensen de neiging zichzelf onafhankelijk op te stellen, alsof ze de affectie niet nodig hebben. Terwijl dat juist wel zo is, alleen durven ze er niet altijd uiting aan geven.
De volgende strofe lijkt op de eerste en wordt gevolgd door het refrein. Maar net wanneer het lied afloopt horen we Tweedy nog zeggen: 'Ah, wait / Come back'. Ondanks al hun moeilijkheden en het vermijdende gedrag van de geliefde, wil Tweedy de geliefde niet kwijt. Als je dit alles bekijkt, zie je deze liedtekst duidelijk in verband kan brengen met de hechtingstheorie van Ainsworth.
Bronnen
- Tweedy, J. (2016). Someone to Lose [Opgenomen door Schick, T. en Tweedy, J.]. Op Wilco Schmilco [CD]. Chicago, IL: ANTI-. (29 augustus 2016)
- Ainsworth, M.D.S., Blehar, M. C., Waters, E., & Wall, S. (1978). Patterns of attachment: A psychological study of the strange situation. Hillsdale, NJ: Earlbaum.